Doorgaan naar hoofdcontent

PARTICIPATIEMAATSCHAPPIJ 1

Wat lees ik nu? “Einde van de verzorgingsstaat, begin van de participatiemaatschappij!” Wat houdt nu precies in, eerder zorgde de staat voor ons van wieg tot kist…principe v/d verzorgingsstaat… participatiemaatschappij wil daar een einde aan maken, we moeten nu allen participeren; van baby tot de bejaarde?  Baby’s mogen nu zelf hun luiers omdoen? Bejaarden timmeren nu zelf hun kist? Participeren we nu niet genoeg? Wat wil onze regering nu eigenlijk?



Het beest heeft eindelijk een naam


participatiemaatschappij komt eraan. En daar hebben we zélf om gevraagd, zegt het kabinet. Een sociale ramp is in de maak. Het beest heeft eindelijk een naam. Het loopt al enkele maanden rond in Den Haag, iedereen heeft het geroken, het dook op in allerlei vergaderzalen op de achterste rij, maar hoe het beest heette, dat wist niemand. Totdat Mark Rutte in de Troonrede het een naam gaf: de participatiemaatschappij. We gaan weer voor elkaar zorgen net als vroeger. Want dat willen we zélf, zo las Willem voor. Na afloop van Prinsjesdag werd het kabinet alom geprezen dat het de harde waarheid had gesproken, Afgezien dan van deze ene kolossale leugen.
We moeten onbetaald aan het werk
Wild bankieren heeft de Westerse economieën (Koning Willem had het weer over ‘de mondiale crisis’, alsof het Westen de wereld is – fout!) de crisis in geduwd. Daardoor zitten regeringen nu met kolossale tekorten, die afgewenteld worden op de burger. Den Haag stoot daarom de zorg af, richting de provincie en gemeenten, Maar uiteraard zonder (al) het geld dat daar ooit aan werd besteed. Provincies en gemeenten moeten het goedkoper doen, door de burger in te schakelen. Onbetaald. Net als vroeger. Want dat was toch ook veel persoonlijker en gezelliger. En volgens Rutte hebben we dat nog zelf gewild ook, want de moderne burger (aldus de Troonrede) wil keuzes maken. Welnu, Rutte heeft al voor ons gekozen. We moeten onbetaald aan het werk.
Het zal best lastig worden, verzuchtte de ganse natie na afloop van Prinsjesdag. Besturend Nederland doet alsof het wel effe geregeld kan worden. Alsof de burger gewoon even de baas moet bellen (‘Ik ga wat minder werken hoor!’) en het buurtcomité bij elkaar moet roepen.  Alleen de werkers in het veld lijken zich te realiseren wat voor een ramp er op de samenleving afkomt.
We leven niet meer in de vijftiger jaren
Wat iedereen lijkt te vergeten, is dat we niet meer in de vijftiger jaren leven. En dat we daar ook niet meer naar terug kunnen. Er zijn geen gezinnen meer met vijf, zes kinderen die, als vader of moeder hulp behoeft, de taken onderling kunnen verdelen. Neven, nichten, ooms, tantes, waarop vroeger een beroep kon worden gedaan – het zijn vreemden geworden. Er is geen legioen van huisvrouwen meer dat, na de huishoudelijke taken, voor ouders of buren kan zorgen. Buren, wie zijn dat? Er zijn geen kerken en voetbalclubs meer waar men elkaar tegenkomt. Er zijn nog maar nauwelijks buurten waar mensen weten wie er drie, vijf huizen verder woont. Men kent elkaars leven niet, elkaar werk, familie en achtergrond niet. De sociale cohesie die een halve eeuw geleden in elk dorp en elke straat de norm was (vaak verstikkend, oké) is een zeldzaamheid geworden. In de meeste straten leeft men tegenwoordig als vreemden langs elkaar heen. De overheid maakt zelfs reclame voor een ‘nationale burendag’ in de hoop dat men elkaar weer een beetje gaat herkennen. En juist die cohesie is een absolute voorwaarde om burenhulp te organiseren. Men moet elkaar weten te vinden, elkaar kennen en elkaar vertrouwen, om onderlinge efficiënt en duurzaam te organiseren – én om hulp van anderen te willen accepteren. Welke hulpbehoevende bejaarde zit te wachten op een volstrekt onbekende buurman die door zijn spulletjes gaat rotzooien?
Het is  een leugen dat de burger dit wil
De moderne burger heeft zijn gezin, zijn werk of carrière, en zijn vrienden. De sociale rol van de extended family is sterk gekrompen, en die van de straat of buurt zo goed als verdwenen. De ommezwaai die volgens besturend Nederland zo simpel zou moeten zijn, en waar zij liever niet bij stilstaat, laat zich niet van bovenaf afdwingen. Zeker niet met de leugen dat de burger dat zelf zou willen. Maar het is een oud idee, zeggen sommigen. De participatiemaatschappij is gewoon de ‘zorgzame samenleving’ van het CDA van weleer.
Een aardige gedachte, mogelijk geschikt om het CDA over te halen om de kabinetsplannen te steunen, nét voordat de laatste resten van het CDA-bestuurspparaat de komende jaren helemaal ineendonderen. Maar die ‘zorgzame samenleving’ was natuurlijk helemaal geen blauwdruk ter vervanging van de verzorgingsstaat. Het was de verwoording van de jaren-vijftig nostalgie van die partij, waarmee zij de traditionele gelovige kiezers aan zich bond terwijl de partij zélf in Den Haag rustig verder timmerde aan de verzorgingsstaat. Dat laatste was ook exact wat die CDA-leden wilden zien. Vroeger was alles beter, zucht, maar kom nou maar het geld.
‘Onderhoud van straatmeubilair’
Wat we straks zullen zien, is een leger van overbelaste gemeentelijke case managers die hun uiterste best moeten doen, die moeten smeken, dreigen en zeuren, om twee, drie familieleden, vrienden en buren bereid te vinden om voorlopig hulp te bieden. Hulp die gratis moet gebeuren, in kostbare vrije tijd, die in wezen afgedwongen is, die afgeraffeld wordt, die vergeten wordt, die tot blunders leidt en die vaak door de hulpbehoevende met argwaan wordt bekeken. De misstanden liggen voor het oprapen. En ondertussen roepen Volkskrant en NIPO vandaag op de voorpagina van de krant dat het wel goed zal komen. Dat zou blijken uit een enquête. Wat zou u nou best willen doen, luidde de vraag. Nou, ‘onderhoud van straatmeubilair’ is blijkbaar iets voor de ‘welgestelde actieven’. (Bushokjes verven?) Ze kunnen ook rommel op straat opruimen, constateert het NIPO, en ‘hangjongeren corrigeren’. Ach, en als het nodig willen ze best voor zieke familieleden zorgen. De ‘armere actieven’ kunnen volgens het NIPO voor ‘behoeftige en eenzame mensen’ zorgen.
Kortom, tachtig procent van de geënquêteerden bleek bereid om prachtige sociaal wenselijke antwoorden te geven. De rest gaf eerlijk te kennen dat ze eigenlijk nergens toe bereid zijn. Mijn persoonlijke inschatting is, dat na een maand hokje verven, struiken snoeien, hangjongeren aanspreken, dementen geruststellen en TENA-luiers vervangen, tien procent van de bevolking bereid is om hiermee door te gaan. De rest zit in de bus, op weg naar het Malieveld.

Ja, dit zet aan tot denkwerk! Participatie ben ik voor tot op een zekere hoogte, wat kun je wel van je netwerk verwachten en wat niet. Heeft iemand wel een netwerk waar diegene een beroep op kan doen zoal het kabinet wil? Naar mijn idee denkt de regering te makkelijk en staan er goede punten in het stuk “Participatiemaatschappij; wie heeft deze ramp bedacht?” De maatschappij is nu veranderd, er is een hele andere mentaliteit. Dus er is een mentaliteitsverandering nodig om de participatiemaatschappij te maken tot een succes…en dit is een proces, een lang proces, de regering wil dit snel, te snel. Deze maatschappij wil alles snel! De mentaliteit van nu…dit moet dus veranderen… En dit kost tijd, tijd die de regering, die het volk heeft gekozen, het volk niet geeft!
En dan nog de geld kwestie… “Meer bereiken door minder uit te geven” klinkt logisch, maar dit kost meer geld dan je denkt! Tegenstrijdig? Ja! Mentaliteitsverandering vraagt om andere scholingsmethodes, of een aanvulling, dit kost geld en het begint bij peuters. Dus het duurt even voor de mentaliteit in een maatschappij is veranderd…jaren!
Neem mij, mijn haar, nagels knippen, eten maken, huishoudelijke taken…straks moet ik een beroep doen op mijn netwerk. Doe ik al een beetje, maar straks moet dit nog meer als het aan de regering ligt! Mag ook wel, maar er is een grens wat je kunt verwachten van je netwerk. Boodschappen kan ik zelf, maar moet ik veel halen dan vraag ik iemand, deze persoon doet ook mijn haar…vrijwilliger, participatiemaatschappij 2.0! goed voorbeeld hoe ik gebruik maak van een mogelijkheid binnen mijn netwerk.



Uit de troonrede 2013 citeer ik

“Door maatschappelijke ontwikkelingen zoals vergrijzing en internationalisering voldoen onze arbeidsmarkt en ons stelsel van publieke voorzieningen niet meer volledig aan de eisen van deze tijd. De financiële en economische crisis heeft dit eens te meer duidelijk gemaakt. De regering zet niet alleen in op toekomstige betaalbaarheid van voorzieningen, maar ook op solidariteit tussen generaties en evenwicht tussen verschillende inkomensgroepen. De onderlinge betrokkenheid is in ons land van oudsher sterk. Om ervoor te zorgen dat dit zo blijft, moeten we onder ogen zien dat publieke regelingen en voorzieningen aangepast moeten worden.
Het is onmiskenbaar dat mensen in onze huidige netwerk- en informatiesamenleving mondiger en zelfstandiger zijn dan vroeger. Gecombineerd met de noodzaak om het tekort van de overheid terug te dringen, leidt dit ertoe dat de klassieke verzorgingsstaat langzaam maar zeker verandert in een participatiesamenleving. Van iedereen die dat kan, wordt gevraagd verantwoordelijkheid te nemen voor zijn of haar eigen leven en omgeving.
Wanneer mensen zelf vorm geven aan hun toekomst, voegen zij niet alleen waarde toe aan hun eigen leven, maar ook aan de samenleving als geheel. Zo blijven Nederlanders samen bouwen aan een sterk land van zelfbewuste mensen. Een land met een compacte en krachtige overheid, die ruimte geeft en kansen biedt waar het kan en beschermt als dat nodig is, zodat niemand tussen wal en schip raakt. Elke Nederlander moet de kans krijgen om de veranderingen die ons wachten, in zijn eigen leven in te passen.”

Mooie woorden in de troonrede dit jaar, maar woorden zijn woorden…haalbaarheid, uitvoerbaarheid zijn daarbij niet meegenomen. Vragen roept het op; verantwoordelijkheid wordt gevraagd van iedereen die dat kan, maar wat bedoelen ze precies? En wordt vragen straks toch “lichte” dwang? Vorm geven aan een toekomst kost tijd, geld en energie. Van dit kabinet krijgen we geen tijd, ze bezuinigen er op los…dit kost energie! Hoe moet het nu met de door ons ‘gemaakte’ toekomst? Wel vrijwillig hoor…vrijwillig verantwoordelijk gemaakt voor onze toekomst, samenleving…ik vraag mij dan af “hebben wij dan nog wel een regering nodig?”

De afsluiting van de troonrede, ik citeer weer:

“Leden van de Staten-Generaal,
Om de kracht en kwaliteit van onze samenleving vast te houden, zijn veranderingen noodzakelijk, die voor iedereen dragelijk moeten zijn. Aan de opdracht die daaruit voortvloeit, wil de regering in het parlementaire jaar dat voor ons ligt met volle inzet werken, samen met u. De vraagstukken waarover u zich gaat buigen, zijn complex en ingrijpend. U mag zich in uw zware taak gesteund weten door het besef dat velen u wijsheid toewensen en met mij om kracht en Gods zegen voor u bidden.”

Ik kreeg een tip…hier een link: http://www.trendrede.nl/trendrede lees het, er staan goede punten in. Over onze maatschappij, trends, economie…van alles! (De TrendRede is een cadeau voor burgers, bedrijven en bestuurders in Nederland en wordt belangeloos samengesteld door een groep vooraanstaande trendwatchers. Dit jaar werd op de tweede dinsdag van september in Seats2meet.com Utrecht CS voor de vierde keer de TrendRede uitgesproken. Wij presenteren u graag onze TrendRede 2014!)
Voor zover…eerst reacties en dan kom ik met deel 2 van dit blog.


Reacties

Populaire posts van deze blog

Echte Liefde?

Bij   echte liefde kun je elkaar laten gaan, zonder ruzie… En dat hebben Thekla en ik gedaan, ze heeft een andere partner gekregen..   De hersenbloeding die ik heb gehad heeft er voor gezorgd dat wij geen volwaardige partners meer zijn. Ik ben zeker niet boos op haar, ik ben meer boos op die hersenbloeding. Ik neem haar niets kwalijk, we delen het mooiste dat er is…een kind. Thekla weet dat ik altijd van haar zal houden. Thomas is het bewijs van onze liefde.   Als dat ventje er niet was geweest, was het allemaal anders gelopen. Hij verbind ons…voor altijd en daar zijn wij blij om…echte liefde dus. Bij echte liefde geef je elkaar ruimte…ik woon in Kampen, zij in Zwolle…ruimte genoeg dacht ik zo, maar ik bedoel het   anders. Ruimte om haar eigen leven te leiden, hoe moeilijk dat voor mij ook is. Ruimte om anderen te ontmoeten.   Liefde gaat verder dan samen zijn, samen wonen, samen verplichtingen aan gaan, muzieksmaak, literatuursmaak, vakanties, etc. Liefde is een gevoel, een gevoel va

PLANKENKOORTS?

  Clown? Jezelf voor schut zetten? Okay ik schijt zeven kleuren in mijn broek!   Een zaadje dat ik in 2020 plantte, groeide uit tot een echte plant! Na een in 2020 een online meeting over bewustwording en inclusie, had ik idee over hoe het bewustwordingsproces bij mij werkt; door middel van muziek, kunst, lezen en theater (= het zaadje) ik besprak mijn idee toen met iemand die ook in mijn inclusie kringetje zit over het feit dat door middel van een theatervoorstelling dit bewustwordingsproces over inclusie en het leven met een beperking vergroot en versnelt kan worden…ik had zelfs al een naam: De Inclusionist. En van het een kwam het ander…het balletje rolde en was niet meer te stoppen. In 2023 komt mijn zaadje tot groei! In 2023 ga ik samen met een professionele acteur mijn theatervoorstelling spelen, a.d.h.v. mijn verhaal het publiek bewust laten worden hoe het is om te leven met een beperking of iemand in je directe omgeving met een beperking te hebben. Meedoen en een inclusie

HJERNESKADE

Februari 1 Februari…Vandaag naar Zwolle, mijn zonnetje zien, eigenlijk zonnetjes, want ik kan het met hun allemaal prima vinden, maar mijn zoon is echt mijn zonnetje. De dochter van hun, zijn zusje, is ook een zonnetje, maar hun zonnetje, zij laat mijn dag wel stralen, maar niet zo als mijn zoon (ook normaal). Puberen dat doet hij, ik maak hem maar 1 x in de week mee dus ik merk het niet zo veel, maar soms zie je echt puber-gedrag. En dit is zeker niet erg, wat ik wel erg vind is dat ik hem maar eens per week zie, zou ik wel meer willen, maar hoe? 2 Februari… Vanmorgen visite van een lieve vriendin die ik 4 jaar geleden bij ‘toeval’ in de Isala ziekenhuis met spoed (midden in bevalling)   tegenkwam. Gelijk kwamen bij mij herinneringen naar boven van ons bij de Studentenvereniging, bier zuipend, lachend en zingend! Eigenlijk vond ik haar toen wel leuk, stiekem, niet naar gehandeld want ik werd in die tijd verstandig. Ik was in die tijd verzot op mijn ex nu en zij had zo